Even knikte hij. Hij had precies gezien welk hert Ira had uitgezocht; een jong, onervaren wijfje, dat van alles schrok en heen en weer sprong. Ze had wat aan haar poot, waardoor ze langzamer was, en zwakker. De perfecte prooi. Hij had precies hetzelfde hert uitgezocht, alleen was het uitzoeken van de prooi altijd de taak van het alfa-wijfje. Hij had Ira graag willen helpen met jagen, maar blijkbaar wilde ze het in haar eentje doen. Hij was bezorgd omhaar, alsof hij lid was van haar roedel; alle leden moesten de alfa beschermen. Dit was zo anders dan een roedelleven... Hij wist nog hoe hij altijd op zijn kop kreeg van zijn ouders; hij deed altijd alles fout. Hij zuchtte even in gedachte, maar schoot weer wakker toen hij aan Ira dacht. Geconcentreerd keek hij naar haar, terwijl hij elke stap die ze zette in zich opnam. Ze was dan wel klein, ze deed alles zoals het precies moest.